Foto : François Delhaye, St.-Ghislain

Onder het materieel dat bewaard wordt in ons museum te St.-Ghislain zijn er voertuigen die niet rechtstreeks afkomstig zijn van de NMBS, maar toch de moeite waard zijn om te bewaren – ook al is dit niet het hoofddoel van de vereniging.

Ook het industriële materieel is vertegenwoordigd in onze verzameling: 
- 3 Duitse diesellocomotieven V36: één is ons toevertrouwd door het Belgisch leger, de twee andere werden overgenomen van de CCB.
- 2 stoomlocomotieven: een Bt La Meuse en een Bt Cockerill met verticale zetel.

Geschiedenis

De locomotief werd in 1928 geleverd aan Glaceries St Gobain te Franière met constructeurnummer 3235.

Op de rechter watertank is het nog steeds mogelijk om de naam van de firma, die erop geschilderd was, terug te vinden.

Naar alle waarschijnlijkheid werd zij in de jaren ‘70 nog gebruikt.

In 1979 werd zij door een particulier aangekocht en in 1985 als monument opgesteld aan het station Namur en zij kreeg het nummer 55.011. Het nummer 55.011 is fictief en gaf haar een "NMBS-uitzicht". Het type 55 heeft zelfs nooit bestaan!

Bij de Glaceries St Gobain droeg zij het nr. 1, nr. 2 was toegewezen aan een identieke locomotief die echter tweede hands werd aangekocht.

Deze laatste werd echter omgebouwd tot locotractor en kreeg een dieselmotor op de plaats de overbodige stoomketel.

In de loop der jaren ging haar toestand erg achteruit en tijdens de modernisering van het station van Namur werd beslist haar te verwijderen.

Eerst werd zij overgebracht naar Ronet vanwaar zij werd overgebracht naar Haut-le-Wastia waar zij verschillende jaren werd bewaard.

Uiteindelijk werd zij overgedragen aan de goede zorgen van TSP en werd in 2007 per vrachtwagen overgebracht naar het Museum te Saint-Ghislain.

De constructeur

De S.A. des Ateliers de Construction de la Meuse werd in 1872 opgericht. Dit bedrijf bouwde vooral materieel voor de mijnbouw en voor de metaalnijverheid. Vanaf 1887 werd gestart met de bouw van spoorwegmaterieel.

De firma bouwde ongeveer 1350 locomotieven, waaronder de laatste stoomlocomotief voor de NMBS (25.012). Zij bouwde ook de laatste stoomlocomotief in België die werd (geleverd aan een staalbedrijf te Differdange)!

Het bedrijf was gedurende lange tijd gespecialiseerd in de studie en bouw van industriële locomotieven, waardoor het bijdroeg aan de grote faam die België geniet in het buitenland door de levering van meer dan 800 locomotieven overal ter wereld.  Meerdere stoomlocomotieven voor smalspoor worden nu nog ingezet in de suikerriet plantages van Java.  We vermelden natuurlijk ook dat La Meuse eveneens deelnam aan de bouw van locotractoren, een activiteit die echter niet lang duurde. Dit bedrijf bestaat nog steeds maar is nu bekend onder de naam ALM (Ateliers de la Meuse) en is vooral actief in de ketelbouw en de assemblage van zware werktuigen.

Technische toestand

Er is veel werk aan de watertanks en aan de rookkast, die moeten opnieuw worden gebouwd. Aan de ketel moeten grondige herstellingen worden uitgevoerd.

Ook voor de oorspronkelijke koperen vuurhaard is het einde nabij. Koperen vuurhaarden werden in België vervangen door stalen exemplaren waarvan de thermische geleiding echter minder goed was. Zij waren wel lichter, gemakkelijker te herstellen en vooral goedkoper. Jammer genoeg is deze vuurhaard, een belangrijk onderdeel van de ketel, zwaar beschadigd. Een groot gedeelte is vervormd door de druk van de stoom. Deze beschadiging komt echter niet aan het licht bij een ketelwassing, want de ketelsteen hoopt zich hier op, het plaatstaal koelt niet correct af of wordt onregelmatig opnieuw verhit. Dit resulteert in vervormingen die te wijten zijn aan de keteldruk die, in het slechtste geval, een ketelexplosie kunnen veroorzaken.

Sommige beschadigingen zijn nog herstelbaar, de koperplaten zijn met klinknagels met elkaar verbonden alhoewel sommige verbonden zijn door middel van bouten. Deze herstellingswijze kwam vaker voor want de vuurhaard moest daarvoor niet worden losgemaakt van de ketel. Doch ook deze bouten zijn totaal versleten. Als men dan nog rekening houdt met de sleet op de pijpenplaat kost een herstelling 50% meer dan de bouw van een nieuwe ketel.

Verder is de machine in goede technische toestand: de cilinders, de assen en wielen vertonen een minimum aan slijtage.

Om deze locomotief in te zetten voor het slepen van reizigerstreinen moet zij worden uitgerust met een pneumatische rem. Hiervoor moeten wij in Oost Europa op zoek gaan naar een stoomcompressor. Momenteel is zij enkel uitgerust met rechtstreekse stoomrem.

Hoe kan u ons helpen bij dit project

Voor dit project, maar ook voor andere restauraties die door TSP worden uitgevoerd, hebben we vele helpende handen nodig om alles tot een goed einde te brengen.

Om mee te werken en vrijwilliger te worden bij TSP is geen enkele kwalificatie noodzakelijk. Iedereen is welkom en wordt door ervaren medewerkers begeleid. Wenst u de groep te vervoegen, aarzel dan niet ons te contacteren.

Een ander element bij deze restauratie zijn de financiën. Het grootste gedeelte van de inkomsten van verwerft TSP uit het organiseren van ritten op het Belgische net en uit het uitgeven van boeken en ons tijdschrift OP DE BAAN. Jammer genoeg voldoen deze inkomsten niet voor de restauratie van deze "la Meuse 3235", noch voor de andere, lopende projecten.

Foto: François Delhaye, St.-Ghislain

Foto: François Delhaye, St.-Ghislain

Foto: TSP, Warnant 13-11-2007

© PFT-TSP Reproductie verboden zonder het akkoord  van Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.